Brussels Airlines en sociale vertegenwoordigers bereiken akkoord over pilotenintegratie
De laatste stap in de volledige integratie van SN Brussels Airlines en Virgin Express in Brussels Airlines is gezet. Directie en sociale vertegenwoordigers hebben zopas een akkoord bereikt over de volledige integratie van de twee pilotenpopulaties in één enkele bedrijfsentiteit. Na het grond-, administratief en cabinepersoneel zullen nu ook de piloten voor Brussels Airlines gaan werken. De piloten die in het verleden voor SN Brussels Airlines werkten gaan nog wel een keuze maken met betrekking tot de regeling voor de rust- en vlieguren. Alle vliegoperaties zullen binnenkort onder één enkele licentie (AOC) uitgevoerd worden.
De onderhandelingen over het samenvloeien van het vliegend cockpitpersoneel werden de voorbije maanden in alle discretie gevoerd door de sociale vertegenwoordigers en de directie. Deze gesprekken waren nodig omdat de twee pilotenpopulaties totnogtoe volgens verschillende loon- en werkvoorwaarden en voor een verschillende operator werkten. De passagiers merkten daar niets van omdat alle vluchten onder de merknaam Brussels Airlines werden gecommercialiseerd.
Het akkoord dat zopas werd bereikt, was de allerlaatste stap die nodig is om het fusieproces van SN Brussels Airlines en Virgin Express helemaal te voltooien.
De overeenkomst is een grote stap voorwaarts voor het in maart 2007 boven de doopvont gehouden Brussels Airlines. De overeenkomst versterkt het vertrouwen van de Raad van Bestuur in de toekomstige ontwikkeling en in de groeiplannen van het luchtvaartbedrijf.
“De integratiediscussie is een zeer complexe oefening geweest”, zegt Executive Vice President Human Resources Rudi Nerinckx. “Er dienden immers belangrijke keuzes te worden gemaakt die een rechtstreekse impact hebben op de toekomst van het bedrijf. De sociale vertegenwoordigers hebben constructief met ons meegedacht en hebben hun verantwoordelijkheid genomen. Het resultaat is dat we voortaan de ganse pilotenpopulatie een attractievere loopbaan kunnen aanbieden met doorgroeikansen. We zijn er tegelijkertijd ook in geslaagd een balans te vinden tussen loonsvoorwaarden en loonkosten, sociaal leven en productiviteit. Dit gebeurde in een open dialoog met de werknemers vertegenwoordiging. Deze open dialoog is en blijft een zeer belangrijk element van onze bedrijfscultuur.”